Ons zomerreisje zit er sinds zaterdag op. De bestemming luidde Korasida, aan de oostkust van Evia, het tweede grootste eiland van Griekenland. Enkel Kreta is groter. Desondanks zal Evia bij de meeste Belgen en Nederlanders heel wat minder bekend in de oren klinken dan Kreta, Corfu of veel andere Griekse eilanden. Niet ten onrechte dus krijgt het eiland wel eens het etiket van een van de best bewaarde geheimen van de Grieken opgeplakt. Het zijn namelijk vooral de Grieken zelf die naar Evia trekken voor een weekendje of een zomervakantie. Waarom het eiland voorlopig niet echt aanslaat bij internationale toeristen is me niet bekend. Het gebrek aan ferryverbindingen, las ik ergens. En het feit dat het eiland tot voor kort blijkbaar nog bekend stond als industrie-oord. Ik zou het niet durven zeggen, mijn kennis omtrent Evia is helaas ook te beperkt.
Dus Evia toch maar beter even situeren: het eiland ligt nabij de oostkust van Attika, kortbij Athene en het Griekse vasteland dus. Zo kortbij, dat het om een schiereiland lijkt te gaan wanneer je Google Maps op standaardschaal bekijkt. Het was pas tijdens onze afreis naar Korasida, toen we nabij Chalkida over de Evripos-brug reden die Evia met het vasteland verbindt, dat ik besefte dat we op weg naar onze bestemming een streepje water over moesten. Meteen het bewijs van mijn beperkte kennis.
De nabijheid vanuit Athene was een van de redenen voor onze keuze voor Korasida als vakantiebestemming. Met een zoontje van 14 maanden blijft het vliegtuig nemen nog steeds niet zo evident, en dan is een simpel autotripje van iets meer dan 2 uur een makkelijker alternatief. Via mijn Griekse schoonfamilie waren we in contact gekomen met de uitbaatster van Studios Avra, een studiocomplex nabij de kust van Korasida. Studiootje geboekt voor een week, en wij vorige zaterdag dus gepakt en gezakt de auto in, richting de oostkust van Evia. Zo simpel bleek het autoritje echter niet te zijn. Het laatste deel van de rit – in Evia zelf – ging over een aantal verrassend steile bergen, die ook nog eens getypeerd werden door deels onverharde wegen en scherpe haarspeldbochten. Ons volgestouwd en relatief versleten Peugeotje zag af, maar haalde de eindmeet. Het studiocomplex bleek wel in orde: mooi uitzicht op de baai van Korasida, en met eigen zwembad. En de studio zelf dan weer sober, zonder veel luxe, maar netjes en voorzien van alle benodigdheden. Meer eisen hadden we eigenlijk niet. Al was de nabijheid van een supermarkt en eventueel wat andere winkels wel handig geweest. Voor een degelijke supermarkt was het al snel 20 minuten rijden. Uiteraard opnieuw via de beruchte bergweggetjes. Maar goed, we klagen niet makkelijk.


Korasida Beach, aan de voet van de berg waarop het studiocomplex gelegen is, bleek ook een voltreffer te zijn. Niet overdag uiteraard. Bezoekjes aan een strand zonder beschutting, wanneer de Griekse zon het hardst brandt, staat met een dreumes van veertien maanden oud zowat gelijk aan kindermishandeling. Maar na 17 uur, met de zon die al gedeeltelijk achter de berg gekropen was en bijgevolg met genoeg plaatsjes met schaduw, bleek het strand van Korasida best een leuke speelplek voor Aris. De temperatuur bedroeg nog steeds een meer dan aangename 25 graden. Op momenten dat de wind niet te hard stond en de golven achterwege bleven – wat helaas eerder de uitzondering dan de regel was – kon hij bovendien zonder problemen de zee in, dankzij de opblaasbare reddingsboei die we van vrienden cadeau gekregen hadden. Verschillende Griekse collega’s vertellen me dat Griekse baby’s geboren zijn om hun tijd aan het strand en in de zee door te brengen. Na een korte aanpassingsperiode bleek dat inderdaad ook voor onze Grieks-Belgische hybride het geval. Afgezien van een plotse verraderlijke golf in de zee, waarbij hij een slok zeewater binnenkreeg. En een nogal ongelukkige tuimeling op het strand, waarbij ook nog eens een handvol zand in de ogen, neus en mond terechtkwam. Bij elke ontdekkingstocht gebeuren al eens kleine ongelukjes.
Verder brachten we ook nog een namiddagje door in het nabijgelegen Kalamos. Op aanraden van de uitbaatster van onze studio, die ons wist te vertellen dat het strand van Kalamos, in tegenstelling tot dat van Korasida, een “georganiseerd strand” was., m.a.w. met strandbars, parasols en strandbedden. En dus ook overdag veilig voor jongere kinderen. Op vrijdag, de dag voor onze terugreis, trokken we ook nog naar het iets verder verwijderde Agii Apostoli, eveneens een kustplaatsje met georganiseerd strand. Net zoals in Kalamos – en in tegenstelling tot het winderige Korasida – bleek de zee er bovendien bijzonder kalm waardoor kleine kinderen er zonder probleem pootje kunnen baden.
En verder: Korte bezoekjes aan en/of doortochtjes door Achladeri, Chania, Neochori en Petries. Slaperige bergdorpjes die mooie panorama’s en foto’s opleveren, maar waarbij men zich afvraagt wie er in godsnaam komt wonen. Amper een dorpskern die naam waardig, beperkt aantal horecazaken en winkels, en hoogstwaarschijnlijk een onbestaand nachtleven. Geef mij dan toch maar de chaotische drukte van Athene.
Wat bleken de Grieken tijdens deze vakantie trouwens ook weer een sociaal volk. Met zowat alle andere gasten in het studiocomplex werden in geen tijd familiaire connecties gelegd en persoonlijke gesprekken aangegaan, en dat ondanks mijn nog steeds erg beperkte kennis van het Grieks. En ook die typisch Griekse kindvriendelijkheid was weer een rode draad doorheen de hele vakantie. In een mum van tijd kende zowat iedereen in Korasida Aris bij naam. De gasten in het studiocomplex konden hun pret niet op wanneer hij vol kinderlijke nieuwsgierigheid naar hun studio kwam aanwaggelen. De kamermeisjes lieten het werk stante pede voor een half uurtje vallen om zich met “to mikro“, onze kleine, uit te leven. En “onze kleine” vond het uiteraard allemaal best zo.
Slotconclusie: vakantie geslaagd. Een weekje ertussenuit voor een goeie dosis “family time” was wat we wilden, en dus ook wat we kregen. Een écht ontspannende vakantie, die zit er voorlopig niet in. Daarvoor moeten we nog te veel achter de kleine aanhollen. Wanneer die weer op z’n eentje een trap op wil. Of een trap af wil. Of op het strand spontaan de zee in wil trekken, want watervrees heeft hij echt niet. Met dank aan z’n Griekse roots. Maar daarbij ook meteen een serieuze zonnebrand riskerend. Dat zijn dan weer de Belgische roots. Misschien is de bijnaam “hybride” toch niet zo goed gekozen…
Meer foto’s en video’s van onze trip naar Evia zijn te vinden op mijn Instagram-account.