Met onze verhuis naar Metamorfosi in zicht, komt er binnen een paar weken ook een einde aan de pendelroute die ik nu al een aantal maanden neem tussen woon- en werkplaats. De dagelijkse autotocht van Marousi naar het OPAP-kantoor in het westen van Athene is, hoe banaal ook, een beetje symbolisch geworden voor mijn geleidelijke integratie in het Atheense werkmilieu: van een stap in het onbekende naar zuivere routine. Laat ik de ‘m dus ook maar meteen documenteren, om er later met de nodige weemoed op terug te kunnen kijken:
Maandagochtend, de garage van m’n flatgebouw in Amarisias Artemidos, Marousi. Het is 11u13 wanneer ik plaatsneem achter het stuur. Terwijl de garagepoort van het flatgebouw opent, stel ik Google Maps op m’n smartphone in. Uit gewoonte, nadat de navigatiehulp op m’n GSM maandenlang pure noodzaak was. Zelfs na 3 maanden lukte het me nog steeds niet om de route zonder Google Maps af te haspelen. De vele straatjes en bochten in de Atheense voorsteden op weg naar het werk mogen deels als excuus ingeroepen worden, maar in de eerste plaats lag het toch gewoon aan mijn schrijnend gebrek aan oriëntatievermogen. Ondertussen lukt het me ook wel zonder navigatiehulp, maar ik voel me nog steeds een pak geruster met Google Maps aan m’n voorruit.
Geschatte aankomst door Google Maps: 11u40. 27 minuten, dat zijn er twee meer dan de doorgaans geschatte 25 minuutjes. Hoedanook geen noemenswaardige verkeersproblemen voorzien. Files zijn er na 11u. praktisch nooit op de route Marousi – west-Athene. Wie zich één of twee uurtjes vroeger op de baan begeeft, durft wel al eens minder geluk te hebben. De laatste keer dat ik voor 10u vertrok (vanwege een afspraak om 9u ‘s ochtends), had ik meteen 45 minuten aan de broek. De ochtendspits is dus ook in Athene een gekend fenomeen. Al een geluk dat ik mijn werkuren zelf een beetje kan kiezen.
Terwijl ik me op de baan begeef, werp ik een blik op de thermometer van mijn wagen, die 15 graden aangeeft. Zoals zo vaak een aangenaam temperatuurtje. De verwarming van de wagen heb ik nog nooit echt moeten testen, ook nu in januari niet. De zonnebril komt daarentegen des te meer van pas. Links van mij blinkt het O.A.K.A., het Olympisch sportcomplex, onder een stralend zonnetje. Ik zet ook alvast de radio aan. Athens Dee Jay, 95.2 FM. Een kanaal dat actuele internationale pophits draait. Veel variatie hebben ze niet. Hun repertoire gaat doorgaans niet verder dan een dertig-tal hedendaagse pophits, die soms bijna tot het belachelijke toe steeds weer herhaald worden, maar het zijn wel goeie hits. Als gevolg blijft de radio dus onaangeroerd: Athens Dee Jay heeft het monopolie in mijn wagen. Voor kanalen met laikamuziek en andere Griekse klassiekers ben ik nog wat te groen.
Via de Leoforos Kimis bereik ik de Leoforos Plaputa, een boulevard ten zuiden van de wijk Ipirotika. Op deze baan bevindt zich de koffiezaak Ampari, uitgebaat door een Vlaamse dame. De Atheense leden van de Vlaamse Kring, de vereniging van Vlamingen in Griekenland, komen er geregeld op donderdagochtend samen voor een Vlaamse koffieklets. Ikzelf heb helaas de eer nog niet gehad, maar het zal er wel eens van komen.
Kort voor de Belgische koffiezaak draai ik echter links af, en rij ik Iraklio binnen. Iraklio is een gekende residentiële wijk in Noord-Athene, met heel wat winkeltjes en horecazaken. Het verkeer valt er doorgaans best wel mee rond deze tijd, en dat is vandaag niet anders. Alleen op vrijdagen, wanneer in en rond de straat Kountouriotou de wekelijkse ochtendmarkt plaatsvindt, gaat het wat moeilijker.
Via Iraklio gaat het langs Nea Ionia, waar het kruispunt tussen de drukke banen Ifigenias en Tatoiou weleens problemen oplevert. De soms lange wachtrijen zorgen hier nu en dan voor chaotische beelden en Griekse chauffeurs die de verkeersregels op geheel eigen wijze interpreteren. Vandaag gaat het echter vlot, en ik rij in één ruk door naar de A1, de snelweg in het westen van Athene, die het noorden en het zuiden van de hoofdstad verbindt. Per richting drie rijvakken, die er na verloop van tijd vier worden. Tijdens momenten van file gebruiken de Griekse automobilisten zonder schroom de pechstrook als extra rijvak. Niemand die er een probleem van maakt. Laat het duidelijk zijn dat in Griekenland wet en praktijk soms mijlenver uit elkaar liggen. Ook de wettelijke snelheidslimiet van 80 km per uur op deze snelweg wordt eerder geinterpreteerd als een warme aanbeveling dan eigenlijke snelheidsbeperking. De meerderheid van de automobilisten gaat hier sneller dan 100 km per uur, en ik doe gezwind mee. Ook vandaag.
Het verkeer op de A1 vlot zoals verwacht probleemloos, zodat ik me een blik door het zijraam kan veroorloven. Zowel links (westen) als rechts (oosten) vang ik in de verte glimpen op van het gebergte dat Athene omringt. Na jaren pendelen langs de grijze, vlakke en saaie E40 tussen Gent en Brussel, blijft dit tafereel een heuse verademing. Na een zevental kilometer op de A1 wacht de de afrit naar de Leoforos Athinon, waar het OPAP-hoofdkantoor gevestigd is. De afrit naar deze – nochtans drukke – boulevard staat verbazingwekkend genoeg op geen enkel verkeersbord aangegeven, maar geen nood: het logo van voetbalclub Panathinaikos (een klavertje-drie met de Griekse letters ΠΑΟ) dat in gigantisch formaat met graffiti op een zuil zo’n 500 meter voor de afrit is aangebracht, geldt als niet te missen aanduiding voor de nakende afrit. Athene ten voeten uit.
Vanop de Leoforos Athinon is het nog slechts een dikke kilometer tot het OPAP-gebouw, weliswaar met de gebruikelijke dubbelgeparkeerde wagens als extra hindernis. Uiteindelijk rij ik om 11u36 de parking van OPAP binnen, 4 minuten eerder dan geschat. Het wordt vast een productieve dag.